Beleidsontwikkelingen op hoofdlijnen

Beleidsontwikkelingen

Terug naar navigatie - Beleidsontwikkelingen

Koersvast
De huidige bestuursperiode is net over de helft. Wij zetten de ingezette strategische koers voort. De afgelopen periode heeft de nodige veranderingen te zien gegeven in de wereld om ons heen, zowel internationaal als nationaal. Wij zien daarin geen aanleiding tot een fundamentele koerswijziging. In hoofdlijnen zien we dat de doelstellingen en richtingen uit ons collegeprogramma en de daaruit voortvloeiende prioritaire thema’s fier overeind staan. Niet vreemd, want zij zijn immers gebaseerd zijn op lokale en breed maatschappelijke ontwikkelingen. Uiteraard spelen we wel in op ontwikkelingen, die Meppel raken. We bereiden ons voor op een op feiten gebaseerde takendiscussie om het gemis aan inkomsten vanuit het gemeentefonds te compenseren. 

Samenhangende visie (uit: Perspectiefnota 2024-2027)
We moeten groeien en ontwikkelen om onze voorzieningen kwalitatief op peil te brengen en te houden. We hebben relatief veel voorzieningen, zowel in accommodaties als in regelingen en subsidies. Dat komt deels doordat Meppel een regionale functie heeft met voorzieningen voor een groter gebied dan onze eigen gemeente. Dat heeft voor- en nadelen. Maar het is een gegeven, waarmee we om moeten gaan. Door te groeien vergroten we het draagvlak onder de voorzieningen en kunnen we enkele ervan kwalitatief verbeteren. Groeiend kwaliteit toevoegen dus. Tegelijk moeten we de groei en ontwikkeling van de gemeente (stad, kernen, buitengebied) benutten om de noodzakelijke verduurzaming door te voeren waar dat kan. Tal van ontwikkelingen kunnen (en moeten) we aangrijpen om ze op een toekomstgerichte en duurzame wijze vorm te geven. Circulair en klimaatadaptief. We krijgen op verschillende manieren met vraagstukken rond water te maken; daar moeten we op inspelen en mee omgaan. Daarmee slaan we twee vliegen in één klap. Een tweede kans die we moeten grijpen, is dat we alles zo veel mogelijk doen met inwoners en partijen in de gemeente. Samenwerking verbindt. Ook kan het bijdragen aan het onderlinge vertrouwen –niet onbelangrijk in onze polariserende samenleving. Op deze manier vormen de thema’s ‘Verstedelijking’ en ‘Maatschappelijke voorzieningen’ gezamenlijk de inhoudelijke basis, terwijl de thema’s ‘Verduurzaming’ en ‘Verbinding & Participatie’ daaraan procesmatige meerwaarde toevoegen. Het thema ‘Middelen en bedrijfsvoering’ creëert de randvoorwaarden om dit verantwoord te doen en stelt daarom ook grenzen aan de middelen die we kunnen inzetten. 

Voortzetten van inhoudelijke focus
We werken dus verder aan de vijf prioritaire thema’s en de concrete onderwerpen waarmee daaraan concrete invulling wordt gegeven. In vogelvlucht:

1.    Verstedelijking
Verstedelijking gaat over wonen, werken, bereikbaarheid, maar ook over water, groen, ontmoeten en bewegen in de openbare ruimte. De Omgevingsvisie is een centraal verbindend item. Maar ook projecten als Nieuwveense Landen en Noordpoort, de bedrijventerreinen, zoals Noord III, het stationsgebied en het buitengebied met Nijeveen, Rogat, Broekhuizen en Slingenberg. Ook de binnenstad is een belangrijk aandachtsgebied, evenals de wijken.

2.    Verduurzaming
Alle aspecten van duurzaamheid spelen hierbij een rol. Van klimaatadaptatie tot energie en warmte, van biodiversiteit en natuur tot circulaire economie en van grondstoffen tot duurzame mobiliteit. Opvallende onderdelen zijn: de warmteplannen per wijk; het uitvoeringsplan klimaatadaptatie; het actieplan Fiets; de activiteiten rond wind- en zonne-energie en het soortenplan biodiversiteit.

3.    Verbinding en participatie
De gemeente die in verbinding staat met haar inwoners, bedrijven en instellingen. Belangrijk zijn goede en ruime participatiemogelijkheden en ruimte om mee te doen en bij te dragen aan onze mooie gemeente. Kernpunten zijn het wijk- en dorpsgericht werken, het participatiebeleid en de activiteiten om ondermijning tegen te gaan.

4.    Maatschappelijke voorzieningen
Bij maatschappelijke voorzieningen gaat het niet alleen om accommodaties, maar ook om de grote hoeveelheid regelingen en diensten, waarvan inwoners gebruik kunnen maken. We hebben nadrukkelijk aandacht voor de kwetsbaarsten. Focuspunten zijn het beleid rond armoede en schulden, de jeugdhulp en Wmo, het accommodatiebeleid, preventie op tal van gebieden, zoals het verbeteren van een gezonde leefstijl.

5.    Middelen en bedrijfsvoering
Dit prioritaire thema verschaft de basis voor de vier andere thema’s. Met voldoende middelen en een krachtige organisatie kunnen we datgene bereiken wat de gemeente en haar inwoners nodig hebben -op sociaal gebied, op ruimtelijk gebied en qua duurzaamheid en onderlinge verbondenheid. Dit geldt uiteraard ook voor al het reguliere werk, waarmee ook tal van medewerkers dagelijks bezig zijn. Daarom is een centraal punt binnen dit thema de dienstverlening. Ander onderwerpen zijn onder meer het financieel actieplan en de organisatieontwikkeling.

Aanscherpen van de doelstelling rond middelen
We zetten onze focus op de prioritaire thema’s met kracht voort. Wel krijgt de doelstelling ter verbetering van onze middelen meer urgentie. Enerzijds door wat we al wisten: het ravijnjaar 2026 (dat weliswaar wat is afgezwakt, maar dat nog steeds een miljardenkorting behelst), onze matige startpositie, ons regionale verzorgingsgebied voor bovenlokale voorzieningen en onze ambities (die we proberen te temperen zonder overduidelijke kansen te missen). Anderzijds door nieuwe zaken: de onzekere internationale situatie en welke effecten die kan hebben; het aantreden van het nieuwe kabinet en de maatregelen die dat gaat nemen. De VNG constateert dat de positie van gemeenten er niet beter op wordt en adviseert op dat punt om op korte termijn het gesprek te voeren en keuzes te maken over bezuinigingen. “Helder is dat er vanaf 2026 te weinig geld is om de bestaande taken goed uit te voeren. Om taken en middelen in balans te krijgen moet er geld bij of moeten er taken af" aldus de VNG.
Wij scherpen onze doelstelling rond de middelen aan. Met meer urgentie werken we aan een betere balans tussen ambities en middelen. Zowel nu als structureel. Voor deze perspectiefnota betekent dit dat wij alleen voor die onderwerpen nieuwe middelen vrijmaken, die wettelijk of contractueel verplicht zijn. En onderwerpen die niet leiden tot uitzetting van middelen -bijvoorbeeld omdat we er rijksmiddelen voor ontvangen of omdat sprake is van verschuiven tussen posten. Soberheid troef dus.
Ook bij de investeringen hanteren we een strakke lijn. Alleen strikt noodzakelijke (vervangings)investeringen hebben we in het investeringsschema opgenomen. En dan nog hebben we waar mogelijk investeringen een (extra) jaar uitgesteld of -soms- het investeringsbedrag verlaagd. Daarbij hanteren we de norm uit het financieel actieplan. Dit alles voor financiële degelijkheid en meer ruimte voor de toekomst.
Overigens komt daarbij de opdracht die we de organisatie hebben gegeven om te komen tot een betere werkwijze rond (vervangings)investeringen. Bij de volgende perspectiefnota komen we op dit onderwerp terug. We willen sparen voor grootschalige investeringen op lange termijn. Maar dat vraagt wel de nodige financiële ruimte die nu niet beschikbaar is. 

Robuuste keuzes
Sparen voor later kost in het heden natuurlijk geld -dat je opzij zet. Daarom blijft onze inzet op het maken van robuuste keuzes actueel en urgent. Zeker gezien tegen de achtergrond van wat eerder is gezegd over onze magere startpositie, de hoeveelheid voorzieningen (met regionaal bereik), de kortingen vanuit de rijksoverheid en de onzekere omstandigheden. Bij de vorige perspectiefnota hebben we al aangegeven dat we niet weglopen voor het maken van robuuste keuzes. Die verplichting aan volgende bestuurders en aan inwoners van Meppel in de komende jaren vinden wij zeker onze verantwoordelijkheid. Daarom stelden wij in de vorige perspectiefnota het volgende over het maken van robuuste keuzes:

In grote lijnen maken we op drie manieren robuuste keuzes: 
1.    Door stevig aan de slag te gaan met díe zaken die het meest direct en urgent bijdragen aan maatschappelijke vraagstukken. Ons motto daarbij is: groeiend kwaliteit toevoegen, de kwaliteit van onze maatschappelijke voorzieningen op peil brengen en houden door te groeien en ontwikkelen. Focus aanbrengen. 
2.    Door slimme combinaties te maken, waardoor je werk met werk maakt. Synergievoordelen halen. Slim combineren van doelen in projecten en programma’s die we voorbereiden en uitvoeren. Op die manier kunnen we meer bereiken dan dat we ieder voor zich zouden kunnen en meer dan dat we alles los van elkaar zouden aanpakken. 1+1 = 3 dus. Slim combineren. 
3.    Door partnerschappen aan te gaan en te bevorderen. Krachten bundelen rond gemeenschappelijke thema’s. Ook hier gaat het om synergievoordelen. Maar ook om de vraag welke rol de gemeente heeft. De samenleving beweegt naar een netwerksamenleving, waarin de gemeente één van de netwerkpartijen is. Daarom moet de gemeente niet pretenderen de vraagstukken alleen te willen of kunnen oplossen. Slim samenwerken. 

Hieraan voegen we toe dat we er niet aan ontkomen om ons te bezinnen op onze taken. Deze perspectiefnota sluit al negatief in 2025. Een uitzonderlijke situatie, die we bij de aanstaande begroting sluitend moeten krijgen. Dit tekort loopt in de jaren daarna op, door een structureel lagere uitkering uit het gemeentefonds (het ravijnjaar 2026) en door grote investeringen, die vanaf het jaar 2028 tot verhoging van onze kapitaallasten leiden. Zie voor nadere informatie en duiding het volgende hoofdstuk. Het komende jaar zullen we deze bezinning op taken vormgeven. Dit doen we vanuit het programma ‘Balans Ambities en Middelen’ (BAM), dat bestaat uit het onderzoek Zero Based Budgetting (ZBB) en de lijnen Slim Combineren, Slim Samenwerken en Effectief Organiseren. Concreet zetten we in op een proces van keuzes maken in drie fasen: a. ZBB, waarmee diepgaand inzicht wordt verkregen in de begroting; b. een takendiscussie (een fundamenteel gesprek aan de hand van feiten en waarden) c. sparen voor later (het structureel opnemen van  middelen voor vervangingsinvesteringen op alle niveaus - voor wegen, riool, bijvoorbeeld maar ook voor accommodaties).