Financiën op hoofdlijnen

Financiën

Terug naar navigatie - Financiën

In dit hoofdstuk worden de financiële vooruitzichten voor 2026-2029 gepresenteerd. Alle voorgestelde bijstellingen op de meerjarenbegroting worden hier uiteengezet. De kaders die in deze perspectiefnota zijn opgenomen werken we nader uit in de programmabegroting die in de raad van november van dit jaar wordt vastgesteld. 

Wij nemen u stapsgewijs mee vanaf het financiële vertrekpunt naar uiteindelijk de eindstand van deze perspectiefnota 2026-2029. 

Algemeen
Financieel is Meppel nu een gezonde en vitale gemeente. Die lijn willen we als college graag vasthouden. Het is wel eens anders geweest. Dankzij een solide financieel beleid over de afgelopen jaren hebben we een aanzienlijke algemene reserve kunnen opbouwen. Verder zijn we er tot nu toe telkens in geslaagd om een sluitende begroting aan uw raad voor te leggen. 

De financiële toekomst van onze gemeente ziet op de langere termijn anders uit. Het vorige kabinet heeft een nieuwe financieringssystematiek voor het gemeentefonds aangekondigd en vooruitlopend daarop een korting op het gemeentefonds doorgevoerd vanaf 2026. Die nieuwe systematiek is er nooit gekomen. De korting is wel blijven staan. Dat betekent dat gemeenten vanaf 2026 minder geld krijgen, terwijl we al onze taken moeten blijven uitvoeren. In het vorige hoofdstuk stipten we dat ook al aan. Daar komt nog bij dat de jaarlijkse compensatie via het gemeentefonds voor lonen en prijzen is gebaseerd op het bruto binnenlands product. In werkelijkheid hebben we als gemeente op diverse terreinen te maken met hogere loon- en prijsstijgingen dan waarvoor we gecompenseerd worden.    

De Voorjaarsnota 2025 van het Rijk die op vrijdag 18 april 2025 is gepubliceerd brengt een kleine verlichting. Vanaf 2026 zijn structurele middelen opgenomen om het ravijn iets te dempen. Niet voldoende om de afname aan rijksinkomsten te compenseren. Daarnaast wordt de terugval verzacht doordat vanaf 2025 middelen beschikbaar zijn gesteld om de helft van het landelijk tekort op de jeugdzorg te vergoeden. Ook incidenteel komt er geld om de maatregelen die moeten leiden tot een besparing op de uitgaven van jeugdzorg, voor de komende twee jaren te verzachten. Het Rijk gaat er van uit dat vanaf 2028 het tij binnen de jeugdzorg keert. De Hervormingsagenda jeugd, plus nog een aantal aanvullende afspraken met de sector jeugdzorg, plus de invoering van een eigen bijdrage in de jeugdzorg, moeten er voor zorgen dat besparingen worden gerealiseerd. 

Kortom vanaf 2028 staan we voor een financiële uitdaging die alleen maar groter wordt in de latere jaren ook door onze eigen ambities.

Financieel vertrekpunt
Deze perspectiefnota start met de door de raad vastgestelde programmabegroting voor de periode 2025-2028 inclusief de wijzigingen daarop. In deze meerjarenbegroting sluiten we de jaren 2026-2028 af met een tekort.      

Naast de financiële vertaling van de beleidskaders nemen we in deze perspectiefnota ook een aantal financieel technische uitgangspunten op. Het gaat dan om specifieke onderdelen van de programmabegroting, zoals te hanteren percentages voor rente en voor loon- en prijsontwikkelingen. Om te komen tot een vertrekpunt van deze perspectiefnota hebben we verder de laatste ontwikkelingen rondom het gemeentefonds verwerkt. Daarin nemen we alvast mee de financiële vertaling van de Voorjaarsnota 2025 van het Rijk, dit vooruitlopend op de aanstaande meicirculaire 2025. 

Omschrijving (bedragen x 1.000) 2026 2027 2028 2029
Eindstand programmabegroting 2025-2028 (inclusief begrotingswijzigingen) -3.324 -3.863 -4.440 -3.560
Uitwerking op basis van technische uitgangspunten:
1. Correctie loonontwikkelingen eigen personeel obv cao t/m 31 maart 2027 600 -150 -150 -150
2a. Prijsindex budget derden (inclusief gesubsidieerde instellingen) -1.400 -1.400 -1.400 -1.400
2b. Indexatie gemeentelijke heffingen en overige inkomsten 437 437 437 437
3a. Gemeentefonds: uitkomsten septembercirculaire 2024 1.600 700 100 -750
3b. Gemeentefonds: uitkomsten decembercirculaire 2024 200 300 400 500
3c. Gemeentefonds: compensatie lonen en prijzen 2.060 2.080 2.100 2.120
3d. Gemeentefonds: financiële effecten Voorjaarsnota 2025 3.900 3.800 1.700 1.800
3e. Gemeentefonds: overige mutaties 558
4. Technische correcties 150 150 236 436
Vertrekpunt perspectiefnota 2026-2029 4.781 2.054 -1.017 -567
(plus = voordeel)

Toelichting op de tabel:

1.  Correctie loonontwikkelingen
Voor de ramingen van de loonkosten van het ambtelijk personeel vormen de cao-afspraken het uitgangspunt. Medio april is er een eindresultaat bereikt over de nieuwe cao. Deze heeft een looptijd van twee jaar van 1 april 2025 tot en met 31 maart 2027. De invoering van de nieuwe cao gebeurt gefaseerd; per saldo gaat het om een structurele salarisstijging van totaal 6,7% plus € 35,00 nominaal. 

2a en 2b. Prijsontwikkelingen
Een aantal budgetten, zoals bijvoorbeeld subsidies en inkoop van goederen en diensten, compenseren we voor prijsstijgingen. We hanteren daarbij het consumentenprijsindexcijfer (CPI)” op basis van de laatste gegevens van het Centraal Economisch Plan (CEP). De raming uit februari 2025 geeft een inflatiecorrectie van 2,6% voor 2026 weer. Aan de inkomstenkant dus voor de gemeentelijke heffingen zoals de onroerend zaakbelastingen en ook voor de overige tarieven hanteren we hetzelfde percentage aan inflatie.  

3. Gemeentefonds
a. en b. September- en decembercirculaire 2024
De vastgestelde begroting 2025-2028 is gebaseerd op de meicirculaire 2024. Nadien is nog de september- en decembercirculaire 2024 ontvangen. 

c. Compensatie lonen en prijzen
De compensatie voor lonen en prijzen die we via het gemeentefonds ontvangen, is gebaseerd op het bruto binnenlands product.

d. Financiële effecten Voorjaarsnota 2025 
De Voorjaarsnota 2025 geeft een vooruitblik op de rijksbegroting voor de komende jaren en wordt financieel vertaald in de aanstaande meicirculaire 2025. Hieronder staat voor Meppel een totaalbeeld van de mutaties gemeentefonds op basis van de Voorjaarsnota 2025. Er is een vergelijking getrokken met de cijfers uit de vastgestelde meerjarenbegroting 2025-2028. 

(bedragen x 1.000)
Effecten Voorjaarsnota 2025 ten opzichte van vastgestelde begroting 2025-2028 2026 2027 2028 2029
I. Groei op basis van het Centraal Economisch Plan 2025 (CEP 2025) 1.000 1.100 1.000 1.000
II. Demping terugval gemeentefonds 800 800 800 800
III. Jeugdzorg:
a. Hervormingsagenda jeugd, aanvullende post 100 0 100 200
b. Compensatie tekorten jeugd deskundigencommissie Van Ark 900 900 900 900
c. Groeipad maatregelen Hervormingsagenda 1.100 1.000
d. Eigen bijdrage jeugdzorg 0 0
e. Sturen op trajectduur jeugdzorg -100 -100
f. Indexeren opbrengst Hervormingsagenda -1.000 -1.000
TOTAAL mee te nemen obv Voorjaarsnota 2025 3.900 3.800 1.700 1.800
(plus = voordeel)

Van vertrekpunt naar eindstand

Terug naar navigatie - Van vertrekpunt naar eindstand

Deze perspectiefnota betreft vooral de nieuwe bestuursperiode. Gezien de nadelige uitkomsten van de meerjarenbegroting voor 2026-2028, is bij de start van deze perspectiefnota het uitgangspunt dat er nagenoeg geen financiële ruimte is voor nieuwe uitgaven. 

Structurele (financiële) effecten uit de jaarstukken 2024 en de bestuursrapportage 2025 vragen een aanpassing van het geraamde budget in latere jaren (zowel een positief als negatief). Bijstellingen waaraan redelijkerwijs niet te ontkomen valt en actualisatie van ramingen nemen we ook mee. Denk daarbij aan bijdragen aan gemeenschappelijke regelingen en aan ontwikkelingen binnen de uitvoering van het wettelijk takenpakket. Daarnaast geldt dat bij een aantal ontwikkelingen het wel zeer wenselijk is om middelen daarvoor in te zetten. Denk daarbij aan enkele, incidentele investeringen waaronder het zwembad, het mfa Nijeveen en sportpark Ezinge. 

In deze perspectiefnota hebben we de aanvragen in categorieën ingedeeld, te weten:
•    Structurele effecten jaarstukken 2024/bestuursrapportage 2025
•    Onontkoombaar
•    Overig 

Deze indeling vindt u terug in de tabel.

Omschrijving (bedragen x 1.000) 2026 2027 2028 2029
Vertrekpunt perspectiefnota 2026-2029 4.781 2.054 -1.017 -567
Structureel effect jaarstukken 2024/bestuursrapportage 2025 3.670 3.454 2.882 2.720
Opgave na structurele effecten jaarrekening 2024/bestuursrapprtage 2025 8.451 5.508 1.865 2.153
Onontkoombaar per thema:
Thema Samenleving -1.766 -1.520 -1.730 -2.441
Thema Leefomgeving, ruimte en economie -355 -262 -424 -443
Thema Bestuur, dienstverlening en veiligheid -34 -47 -67 -106
Opgave na onontkoombaar 6.296 3.679 -356 -837
Overig per thema:
Thema Samenleving -1.230 -971 -1.142 -1.447
Thema Leefomgeving, ruimte en economie -365 -356 -408 -383
Thema Bestuur, dienstverlening en veiligheid 0 -13 -13 -13
Opgave na overig 4.701 2.339 -1.919 -2.680
Voorlopige eindstand perspectiefnota 2026-2029 4.701 2.339 -1.919 -2.680
Netto resultaat "Kiezen voor de toekomst" -2.200 -1.700 800 3.200
Eindstand perspectiefnota 2026-2029 2.501 639 -1.119 520
(plus = voordeel)

Begrotingsadvies VNG
Onlangs heeft de VNG een begrotingsadvies gegeven voor de meerjarenbegroting 2026-2029. Daarin is onder meer geadviseerd de eerste twee jaren sluitend te maken. Dat advies geeft de VNG zodat de provinciale toezichthouder de gemeente niet onder verscherpt toezicht zet door 2026 te sluiten en een net geformeerd college in de loop van 2026 niet direct in de ombuigingsmodus moet voor 2027. Deze perspectiefnota voldoet qua financiële uitkomsten aan het advies. 

Incidentele meevallers afgelopen jaren met name door hogere inkomsten
De afgelopen jaren hebben we net als veel andere gemeenten te maken met behoorlijke positieve jaarrekeningresultaten. Onlangs heeft de raad nog de jaarstukken 2024 vastgesteld met een positief saldo van € 13,9 miljoen. Uit een analyse blijkt dat dit wordt veroorzaakt door een aantal forse incidentele meevallers. Dat is de reden dat we in deze perspectiefnota met name aan de inkomstenkant nog scherper zijn gaan ramen want een aantal incidentele meevallers zijn nagenoeg structureel van aard geworden. We zijn ons bewust dat we daarmee meer risico nemen. Ook de berichten van het Rijk brengen veel onzekerheid in de gemeentefinanciën met zich mee. Een goede reservepositie om eventuele buffers op te vangen blijft belangrijk.

Reservepositie
In mei 2023 heeft de gemeenteraad het Financieel actieplan vastgesteld. Dit is bedoeld als eerste aanzet om te werken aan een verbeterde, duurzaam gezonde financiële positie van Meppel. Met in ons achterhoofd dat het nodig is om te blijven investeren in de toekomst van onze gemeente en te blijven investeren in onze publieke voorzieningen. Het actieplan is opgebouwd aan de hand van vier pijlers die bijdragen aan een (duurzaam) financieel gezond Meppel. Eén van die pijlers is een goede reservepositie. De positieve resultaten van de afgelopen jaren hebben er toe geleid dat we onze algemene reserves behoorlijk hebben kunnen voeden.  

In het onderstaand overzicht is de ontwikkeling van de algemene reserves weergegeven uitgesplitst in de algemene bufferreserve en de vrij besteedbare reserve. Daarin zijn de voorlopige eindstanden van deze perspectiefnota verrekend met de algemene bufferreserve. 

Algemene reserves (bedragen x 1.000) 2026 2027 2028 2029
Algemene bufferreserve stand 1 januari 38.714 45.138 47.639 48.278
Mutaties 6.424 2.501 639 -1.119
Algemene bufferreserve stand 31 december 45.138 47.639 48.278 47.159
Vrij besteedbare reserve stand 1 januari 18.614 18.614 18.614 18.614
Mutaties
Vrij besteedbare reserve stand 31 december 18.614 18.614 18.614 18.614
Stand Algemene reserves op 31 december 63.752 66.253 66.892 65.773
(plus = voordeel)

Minimaal weerstandsvermogen
Op basis van de jaarstukken 2024 die de raad in zijn vergadering van 22 mei 2025 heeft vastgesteld, moet het weerstandsvermogen een minimale omvang van afgerond € 35 miljoen bevatten. Uitgaande van een stand van afgerond € 64 miljoen eind 2026 betekent dit dat circa € 29 miljoen anders ingezet kan worden.

Voorstel inzet “overschot” binnen algemene reserves 
In deze perspectiefnota is het voorstel meegenomen om het overschot binnen de algemene reserves in te zetten voor een nieuwe nog niet geplande investering namelijk de vernieuwing van het basiszwembad. Op grond van de begrotingsvoorschriften is het mogelijk voor die specifieke investering een zogenaamde dekkingsreserve in stellen voor het opvangen van de jaarlijkse (kapitaal)lasten. Met een "overschot" van € 29 miljoen zou je een investering voor vernieuwing kunnen doen van ongeveer € 20 miljoen. 

Investeringen

Terug naar navigatie - Investeringen

Bovenop de bestaande investeringsplanning uit de meerjarenbegroting 2025-2028 willen we voor 2026-2029 in totaliteit ruim € 64,6 miljoen extra investeren. De financiële effecten daarvan zijn meegenomen in de eindstanden zoals hierboven gepresenteerd. Het gaat dan om de volgende projecten:

Overzicht nieuw geplande - of verhoging bestaande investeringen (bedragen x 1.000) Omschrijving 2026 2027 2028 2029 Benodigde extra investeringskredieten 2026-2029
THEMA SAMENLEVING
Programma 1 Bewegen en Welzijn
Renovatie kunstgras hockey zandveld en korfbalveld* 725 725
Sporthal Koedijkslanden (vervanging ketels)* 0
Sporthal Het Erf (diverse vervangingsinvesteringen)* 0
Sporthal De Aanloop (vervangingsinvesteringen)* 0
Topsporthal Ezinge (vervangingsinvesteringen)* 0
Sporthal Nieuwveense landen 5.700 5.700
Sportpark Ezinge 2.605 1.850 4.455
Overname kunstgrasveld korfbal Nijeveen 65 65
Voorbereiding en uitvoering vernieuwing zwembad 255 265 33.000 33.520
Programma 3 Onderwijs, cultuur en media
Aanvullend krediet uitbreiding Greijdanus 1.435 1.435
Aanvullend krediet onderwijsvoorziening Nieuwveense landen 4.045 4.045
Aanvullend krediet Reestoeverschool 2.100 2.100
De Plataan (vervangingsinvesteringen)* 0
De Schalle (vervangingsinvesteringen)* 0
Totaal thema Samenleving Netto investering 4.105 6.150 8.790 33.000 52.045
THEMA LEEFOMGEVING, RUIMTE EN ECONOMIE
Programma 4 Leefomgeving
Herinrichting A. van Ostadestraat 23 444 467
Omvormen conventionele armaturen in LED* 100 100 100 300
Vervangingskrediet riolering* 800 800
Civieltechnische kunstwerken (vervangingsinvesteringen)* 0
Vervanging parkeerautomaten 620 620
Realisatie laadpunten parkeergarage 100 100
Vervanging en optimalisatie elektra kasten en installaties* 120 120
Wagenpark* 120 1.467 215 1.802
Behuizing papiercontainers bij hoogbouwlocaties 253 253
Vervanging zieke bomen* 330 330 660
Vervanging speelvoorzieningen* 120 120 240
Programma 5 Ruimtelijke ontwikkeling
Investeringen regiostedenfonds 300 300 300 300 1.200
idem bijdrage van derden -150 -150 -150 -150 -600
Programma 6 Economische ontwikkeling
Regiodeal regio Zwolle 400 400 400 1.200
Subsidie gebiedsarrangement bijdrage van derden -217 -217 -217 -651
Totaal thema Leefomgeving, ruimte en economie Netto investering 1.569 3.694 1.098 150 6.511
THEMA BESTUUR, DIENSTVERLENING EN VEILIGHEID
Dienstvoertuig BOA team 90 90
Aanpassingen in brandweerkazerne* 155 155
Totaal thema Bestuur, dienstverlening en veiligheid Netto investering 245 0 0 0 245
OVERHEAD
Vervanging installaties/verduurzaming stadhuis* 280 280
Diverse voorzieningen gemeentewerf 554 554
Budget vervangingsinvesteringen* 5.000 5.000
Totaal overhead 0 280 554 5.000 5.834
Totaal netto investeringen in deze perspectiefnota 5.919 10.124 10.442 38.150 64.635
(plus = voordeel)

Het overzicht bevat:
•    nieuwe ambities waarvoor in de meerjarenbegroting 2025-2028 geen financiële middelen beschikbaar zijn gesteld;
•    geplande investeringen waarvoor een aanvullend krediet wordt gevraagd;
•    vervangingsinvesteringen (zijn aangemerkt met *); meer info zie hierna. 

Deze investeringsopgaven komt bovenop de geplande investeringen uit de meerjarenbegroting 2025-2028. Naast een goede reservepositie is ook een “stabiele schuldpositie “ een andere pijler uit het Financieel actieplan. We zijn ons er van bewust dat extra investeren ook weer extra schulden mee zich meebrengt. Het vraagt er dus wel om behoedzaam te blijven met investeren.  

Vervangingsinvesteringen*
Hierboven verwezen we al naar het Financieel actieplan. Eén van de actiepunten uit het verbeterplan is: “we hebben inzicht in onze toekomstige vervangingsinvesteringen".  De afgelopen periode is het gros van de vervangingsinvesteringen in beeld gebracht. Ze raken een breed aantal beleidsterreinen. De huidige inventarisatie leidt tot een berekend benodigd bedrag van ongeveer € 5 miljoen per jaar. Vanaf 2029 nemen we dit jaarlijkse budget op. Voor de jaren 2026-2028 zijn de reguliere vervangingen nog opgenomen (zie *).