In de paragraaf financiering leggen wij verantwoording af over het treasurybeleid en de beheersing van de financiële risico’s. De gestelde kaders in de begroting en de beleidsnota Financiering zijn hiervoor het uitgangspunt. Treasury is het besturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële geldstromen, de financiële positie en de hieraan verbonden risico’s.
Paragraaf financiering
Wettelijk kader
Terug naar navigatie - Wettelijk kaderHet beleid is vastgelegd in zowel landelijke wet- en regelgeving als eigen beleid. De belangrijkste wettelijke kaders zijn:
- Wet financiering decentrale overheden (Wet Fido);
- Wet houdbare overheidsfinanciën (Wet Hof);
- Algemene wet bestuursrecht (Awb);
- Financieringsbeleid en –statuut gemeente Meppel;
- Financiële verordening gemeente Meppel
Beleid en uitvoering
Terug naar navigatie - Beleid en uitvoeringDe uitgangspunten die hierbij gelden zijn;
- de uitvoering van het treasurybeleid is gericht op het zo laag mogelijk houden van kosten en het
minimaliseren/beheersen van risico’s;
- de gemeente voert het financieringsbeleid uitsluitend uit in dienst van de publieke taak;
- tot de publieke taak wordt niet gerekend het aantrekken en uitzetten van middelen met als doel
het genereren van inkomsten;
- sinds de invoering van het schatkistbankieren zijn uitzettingen door de gemeente niet mogelijk;
- middels de liquiditeitsprognose wordt gestuurd op benodigd kort of lang geld. Hierbij wordt
uitgegaan van totaalfinanciering, waarbij de wettelijke kaders niet worden overschreden.
Ontwikkelingen en rentevisie
Terug naar navigatie - Ontwikkelingen en rentevisieDe rentemarkt wordt vaak opgedeeld in de geldmarkt (geldmarktrente) en de kapitaalmarkt (kapitaalmarktrente). Hierbij wordt onder de geldmarktrente de korte rente verstaan en onder de kapitaalmarktrente de lange rente. In 2022 is de rente op de kapitaalmarkt gestegen.
Risicobeheer
Terug naar navigatie - RisicobeheerToegang financiële markten
Met de Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) is een contract afgesloten voor integraal financieren. Toegang tot de financiële markten is daarmee verzekerd. De financieringsfunctie dient uitsluitend de publieke taak.
Externe normen
Renterisico’s worden binnen de wet Fido onderscheiden in het renterisico op de vlottende schuld (korter dan 1 jaar) en de vaste schuld. Hierbij worden de kasgeldlimiet en de renterisiconorm gehanteerd als sturingsmiddel, met als doel het verkrijgen van een meerjarige stabiele rentelast
Schatkistbankieren
Het door decentrale overheden aanhouden van overtollige middelen op een eigen rekening-courant bij het ministerie van Financiën. Doel van deze regeling is door consolidatie de EMU-schuld van Nederland te verlagen. De hoogte van de drempel bedraagt 2% van het jaarlijkse begrotingstotaal. en is voor de gemeente Meppel in 2022 € 2.241.921,00. De drempel is niet overschreden.
Wet Hof
De wet Hof geeft normen voor de hoogte van de overheidsschuld en de jaarlijkse groei van de
overheidsschuld. De beheersing van het EMU-saldo is een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor het rijk en de decentrale overheden. Immers, de inkomsten en uitgaven van de gehele collectieve sector zijn relevant voor de bepaling van het EMU-saldo. De inkomsten en uitgaven van de decentrale overheden staan niet onder de directe invloed van het rijk. In het verleden had het rijk de mogelijkheid om het EMU-saldo van de decentrale overheden te beheersen via een sanctiemechanisme.
In 2015 in het nationale sanctiemechanisme uit de Wet Hof vervangen door een correctiemechanisme. Het correctiemechanisme treedt alleen in werking als de macronorm voor het EMU-saldo van de decentrale overheden structureel wordt overschreden. Bij een begrotingstekort van Nederland groter dan 3% kan de Wet Hof beperkingen opleggen aan het netto financieringssaldo van de decentrale overheden.
Waarborgfonds sociale woningbouw (WSW)
Het WSW staat borg voor leningen die de woningbouwcorporaties hebben afgesloten. Deze maakt het mogelijk dat corporaties met voordelige financiering sociale volkshuisvesting kunnen realiseren. Het rijk en de gemeenten zijn achtervang voor het waarborgfonds. Het WSW heeft een kredietwaardigheid van AAA.
Met ingang van 2014 worden gemeenten (vertrouwelijk) geïnformeerd over het borgingsplafond.
Op deze manier krijgt de gemeente meer zicht op de financiële risico’s van de achtervangregeling. Als dit vanuit de risicobeoordeling passend is, verhoogt het WSW daarvoor het borgingsplafond.
Kasgeldlimiet
De kasgeldlimiet vormt de bovengrens waarmee een tijdelijk liquiditeitstekort mag worden gefinancierd met een kortlopende geldlening (korter dan 1 jaar). De kasgeldlimiet bedraagt 8,5% van het begrotingstotaal bij aanvang van het jaar. Overschrijding van de norm mag maximaal 2 achtereenvolgende kwartalen, daarna moet de toezichthouder op de hoogte worden gesteld over de voortgang.
Wanneer het liquiditeitstekort structureel dreigt te worden, moet een langlopende geldlening worden aangetrokken.
Kasgeldlimiet | Bedrag | ||
---|---|---|---|
Bedragen x € 1.000 | |||
Begrotingstotaal | 112.096 | ||
Percentage regeling: | 8,5% | ||
Kasgeldlimiet | 9,5 |
Verloop kasgeld
Terug naar navigatie - Verloop kasgeldNetto vlottende schuld | Gemiddeld | In % van het |
---|---|---|
Bedragen x € 1.000 | per kwartaal | begrotingstotaal |
1e kwartaal | 12.844 | 11,46 |
2e kwartaal | 6.901 | 6,16 |
3e kwartaal | 3.347 | 2,99 |
4e kwartaal | 2.500 | 2,23 |
Gemiddeld | 6.398 | 5,71 |
Renterisiconorm
De renterisiconorm stelt een grens aan het te lopen renterisico op de vaste schuld (groter of gelijk dan 1 jaar) en heeft als doel het renterisico bij herfinanciering te beheersen. De jaarlijkse verplichte aflossingen en renteherzieningen mogen niet hoger zijn dan 20% van het begrotingstotaal bij aanvang van het jaar. Dit geldt voor leningen met een looptijd groter of gelijk aan 1 jaar.
Renterisiconorm | Bedrag | ||
---|---|---|---|
Bedragen x € 1.000 | |||
Begrotingstotaal | 112.096 | ||
Percentage regeling: 20% | |||
Renterisiconorm | 22.419 |
Toetsing norm renterisico
Terug naar navigatie - Toetsing norm renterisicoToetsing renterisico aan de norm | Bedrag |
---|---|
Bedragen x € 1.000 | |
Aflossingen | 11.625 |
Renteherziening | 0 |
Renterisico | 11.625 |
Renterisiconorm | 22.400 |
Ruimte / Overschrijding (-) | 10.775 |
Leningenportefeuille, verstrekte leningen en afgegeven garanties
Terug naar navigatie - Leningenportefeuille, verstrekte leningen en afgegeven garantiesDe financieringsbehoefte wordt in belangrijke mate bepaald door het investeringsprogramma, de aflossingsverplichtingen en de omvang van de uitgaven in de exploitatie.
De onderhandse lening binnenlandse bedrijven is in 2022 versneld afgelost.
Op dit moment heeft de gemeente Meppel 31 langlopende geldleningen in portefeuille. Deze leningen zijn aangetrokken bij de Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) en bij de Nederlandse Waterschapsbank (NWB). Het verloop van de langlopende schulden vanaf 2019 tot en met 2022 is als volgt:
Portefeuille langlopende geldleningen | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | |
---|---|---|---|---|---|
Bedragen x € 1.000 | |||||
Onderhandse lening binnenlandse banken en overige financiële instellingen | 109.410 | 100.543 | 97.480 | 97.992 | |
Onderhandse lening binnenlandse bedrijven | 3.965 | ||||
Totaal aangetrokken leningen per 01-01 | 109.410 | 100.543 | 97.480 | 101.957 | |
Aangetrokken lening binnenlandse banken in het jaar | 21.578 | 8.000 | 9.000 | ||
Aangetrokken lening binnenlandse bedrijven in het jaar | 3.965 | ||||
Totaal aangetrokken leningen | 109.410 | 122.121 | 109.445 | 110.957 | |
Reguliere aflossing | 8.866 | 8.063 | 7.487 | 7.659 | |
Aflossing onderhandse lening binnenlandse bedrijven | 3.965 | ||||
Extra aflossing | 16.578 | ||||
Leningenschuld per 31 december | 100.543 | 97.480 | 101.958 | 99.333 | |
Door afrondingen kunnen kleine verschillen voorkomen. | |||||
Bij de ontwikkeling van de schuldpositie is rekening gehouden met de aan te trekken financiering volgens de kasplanning en het aflossingsschema van de leningen. In 2022 zijn 14 kasgeldleningen afgesloten voor een totaalbedrag van € 59 miljoen. Het gemiddelde kasgeld bedraagt 6,4 miljoen, waarvan de looptijd circa 5 weken is. De leningen zijn afgesloten met een percentage tussen -0,48 en 1,9%.
Portefeuille kortlopende geldleningen | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 |
---|---|---|---|---|
Bedragen x € 1.000 | ||||
Leningenschuld per 01-01 | 5.000 | 7.000 | 7.000 | 11.000 |
Aangetrokken leningen in het jaar | 57.000 | 90.000 | 90.000 | 59.000 |
Afgeloste leningen in het jaar | 55.000 | 90.000 | 86.000 | 65.000 |
Leningenschuld per 31-12 | 7.000 | 7.000 | 11.000 | 5.000 |
Verstrekte en gegarandeerde geldleningen:
In ons financieringsbeleid is opgenomen dat wij (in principe) geen geld lenen aan derden tenzij het de publieke taak dient en het verstrekken van een lening zeer relevant is. Daarbij moet blijken dat financiering op geen andere wijze mogelijk is. Er wordt risicomijdend opgetreden, een onderzoek naar de kredietwaardigheid is een onderdeel is van de toekenningsprocedure.
Hypotheken:
Dit betreffen leningen aan (voormalige) personeelsleden voor eigen woningbezit. De portefeuille krimpt omdat gemeenten geen nieuwe hypotheken meer mogen verstrekken. Voor de nog lopende verstrekte hypotheken blijft de gemeente aansprakelijk totdat de hypotheek is afgelost.
Woonconcept Onroerend Goed:
In 2014 is ruim € 2,1 miljoen huur vooruitbetaald. Deze vooruitbetaling wordt jaarlijks geïndexeerd, waarbij in het laatste jaar de vooruitbetaling wordt verrekend met de verschuldigde huur. De huurovereenkomst is afgesloten voor 40 jaar.
Stimuleringsfonds Volkshuisvesting (SVn):
Biedt verschillende leningen die consumenten én bedrijven kunnen gebruiken om hun wensen op het gebied van wonen te realiseren.
PPS Nat Industrieterrein (NIT):
Betreft kapitaalverstrekking van het NIT aan de gemeente Meppel.
Overzicht verstrekte leningen aan derden | Balans | Balans |
---|---|---|
Bedragen x € 1.000 | 2021 | 2022 |
Woningbouwcorporaties | 4.666 | 4.226 |
Leningen aan deelnemingen | ||
Nutsbedrijven | 0 | 0 |
Overige leningen | ||
Hypotheken (aflopend) | 921 | 714 |
Verenigingen en instellingen | 655 | 590 |
Woonconcept Onroerend Goed BV* | 2.484 | 2.534 |
SVN | 1.376 | 1.423 |
NIT | -1.654 | -231 |
Totaal verstrekt (excl. NIT) | 10.102 | 9.488 |
Gegarandeerde geldeningen
Terug naar navigatie - Gegarandeerde geldeningenVerstrekte borgstellingen en garanties | Balans | Balans |
---|---|---|
Bedragen x € 1.000 | 2021 | 2022 |
Stichtingen en verenigingen | 715 | 599 |
WOG BV | 45.670 | 45.023 |
Eigen woningbezit | 546 | 392 |
Achtervang sociale woningbouw (WSW) | 177.120 | 145.877 |
224.051 | 191.891 | |
Overzicht financiële positie
Terug naar navigatie - Overzicht financiële positieFinancieringspositie per einde boekjaar | Balans | Balans |
---|---|---|
Bedragen x € 1.000 | 2021 | 2022 |
Investeringen | ||
Boekwaarde (im)materiële vaste activa | 96.297 | 94.735 |
Financiële vaste activa | 10.271 | 9.656 |
Voorraden + OHW grex (incl. NIT) (incl. verliesvoorz. grex) | 32.305 | 37.202 |
Overige vlottende activa | 14.309 | 25.124 |
Totaal geïnvesteerd bedrag (staat van investeringen) | 153.182 | 166.717 |
Eigen en vreemd vermogen | ||
Reserves (incl. rekeningsaldo) | 15.944 | 31.039 |
Opgenomen langlopende leningen | 101.958 | 99.333 |
Opgenomen kasgeld | 11.000 | 5.000 |
Voorzieningen | 6.115 | 6.618 |
Overige passiva | 18.165 | 24.727 |
Totaal eigen en vreemd vermogen | 153.182 | 166.717 |
Rentekosten en renteopbrengsten verbonden aan de financieringsfunctie:
In het volgende renteschema is uiteengezet hoe voor 2022 de rente is toegerekend. Het saldo tussen de rente die is toegerekend aan de producten en de werkelijk te betalen rente is verantwoord in het overzicht van Algemene Dekkingsmiddelen.
Het verschil tussen de begroting en realisatie bestaat uit:
- Hogere rentelasten als gevolg van het aantrekken van een lening met CPI index. Deze lening is inmiddels afgelost.
- Lagere rentebaten door vervroegde aflossing van hypothecaire geldleningen.
- De werkelijke renteomslag wijkt iets af vanwege de ontwikkeling van de activa.
- Het voordeel op het taakveld treasury vormt op andere programma’s een nadeel.
Schema rentetoerekening | Rekening | Begroting | Rekening | |
---|---|---|---|---|
Bedragen x € 1.000 | 2021 | 2022 | 2022 | |
De externe rentelasten over de korte en lange financiering | 2.800 | 2.767 | 2.853 | |
De externe rentebaten | -203 | -252 | -227 | |
Saldo rentelasten en rentebaten | 2.597 | 2.515 | 2.626 | |
Af: De rente die aan de grondexploitatie moet worden doorberekend | 712 | 1.003 | 890 | |
De rente van projectfinanciering die aan het betreffende taakveld moet worden toegerekend | 192 | |||
Aan taakvelden toe te rekenen externe rente | 1.885 | 1.512 | 1.544 | |
rente over eigen vermogen | 308 | 0 | ||
rente over voorzieningen | 392 | 0 | ||
Totaal aan taakvelden toe te rekenen rente | 2.585 | 1.512 | 1.544 | |
De aan taakvelden toegerekende rente (renteomslag) | 2.837 | 1.785 | 1.679 | |
Renteresultaat op taakveld treasury | 252 | 273 | 134 | |